De VeiligPlus-aanpak is niet statisch. Organisaties kunnen de aanpak aanpassen, zodat deze optimaal aansluit bij de eigen manier van werken. Talant, een grote zorgorganisatie in Friesland, voegde een aantal elementen aan de aanpak toe. Dit hielp de deelnemende teams om open te praten over sociale veiligheid. Ook wordt nu breder in de organisatie de dialoog over veiligheid gevoerd.
Zoals in veel gehandicaptenzorgorganisaties vinden ook bij Talant agressie-incidenten plaats. Directie, managers en medewerkers vonden dat de afwikkeling van de incidenten beter kon. Daarom startten zes teams op locatie De Wissel in Beetsterzwaag met de VeiligPlus-aanpak. Gert Hoogervorst is hoofd van de kliniek op De Wissel, waar mensen met een verstandelijke beperking en psychiatrische problematiek worden behandeld. “Onze cliënten kunnen bijzonder onvoorspelbaar reageren”, vertelt Gert. “Dat maakt het werk hier niet altijd makkelijk. De begeleiders lopen nog wel eens verwondingen op, zoals krassen en blauwe plekken. Maar gevoelens van onveiligheid werden niet altijd goed besproken. De medewerkers zagen de noodzaak van de VeiligPlus-aanpak wel in.”
Talant rolde de aanpak volgens de voorgestelde stappen uit, van de kick-off als nuttige startbijeenkomst tot en met de Veiligheidsrondes, met de directeur in de rol van Bezieler. Pepi Wadman, projectleider VeiligPlus-aanpak, zag hoe snel de Aanjagers zich hun rol als teamcoach eigen maakten. “Ik was bij de start van de Teamcoachingssessies en was onder de indruk van hoe stevig de Aanjagers erin zaten en hoe belangrijk ze het onderwerp vinden.” Gert zag dat de VeiligPlus-aanpak een positief effect had op zijn team: “Het was voor de teamleden goed om te beseffen dat je je onveilig mag voelen. Nu is dat dus bespreekbaar.”
Ook bij de andere teams kwam het gesprek over veiligheid goed op gang. Medewerkers leerden elkaar en elkaars dilemma’s daardoor beter kennen. Daarbij hadden ze ook oog voor de facilitair medewerkers. “De facilitair medewerkers maken schoon en komen regelmatig op de kamers van cliënten”, vertelt Pepi. “Ze moeten iets als de cliënt van streek is. En dus wilden we ook hen de mogelijkheid bieden om dergelijke situaties en gevoelens van onveiligheid te bespreken.”
“Het is noodzakelijk dat ook de facilitair medewerker een back-up heeft, als hij of zij zich zorgen maakt in algemene en in acute zin”, vindt ook Gert. “Soms hebben de facilitaire medewerkers niet de informatie die de begeleiders wel hebben. Dat werkt lastig.” Eén van de teams kwam dan ook met de suggestie om de facilitair medewerker bij hun dialoog te laten aansluiten. “Ze was heel erg welkom en voelde zich vrij om mee te discussiëren.”
“De facilitair medewerkers kunnen aansluiten bij het team, maar het hoeft niet”, vervolgt Pepi. “Er wordt ook een groep opgericht speciaal voor facilitair medewerkers, met een eigen Veiligheidsdialoog. De medewerkers ontlenen er veel kracht aan om met elkaar en met het hoofd facilitaire dienst te praten. Het gaat erom dat hun problemen worden onderkend en dat er oplossingen worden gezocht.”
Door de VeiligPlus-aanpak is de organisatie zich bewuster geworden van de noodzaak van de dialoog. “Veiligheid was binnen Talant al in toenemende mate onderwerp van gesprek”, aldus Pepi. “De VeiligPlus-aanpak is hierin zeker ondersteunend geweest. Er wordt nu sterker ingezet op opvang na incidenten in de nabijheid van teams. We hebben een centraal bedrijfsopvangteam, maar dat is niet meteen ter plaatse. Daarom wilden we nadenken over oplossingen dichterbij.”
De kliniek heeft nu een eigen opvangteam. Een aantal medewerkers van de kliniek is daarvoor speciaal geschoold. In iedere dienst is tenminste één medewerker van het opvangteam aanwezig. Wanneer een escalatie of ongewenste situatie heeft plaatsgevonden, informeren de leden van het opvangteam elkaar via de groepsapp en vangen ze de betrokken collega’s op. Daarnaast worden op de locatie sinds kort inlooptrainingen ‘Fysieke weerbaarheid’ georganiseerd. Onder leiding van een trainer komen telkens zeven tot tien mensen samen. “In de training oefenen we de situaties”, aldus Gert. “Iedereen kan iets inbrengen dat hij of zij lastig vindt. Met altijd ruimte voor mensen die ad hoc willen aansluiten, omdat ze net een incident hebben meegemaakt of iets anders waardoor ze zich onveilig voelden. Die situatie spelen we dan na. De inlooptraining is zo een mooie aanvulling op de dialoog. We werken direct aan versterking van de teams.”
Wat Pepi en Gert interessant vinden voor het vervolg, is achterhalen wat de invloed is van een team dat zich veilig voelt op het gedrag van cliënten. “Medewerkers die bang zijn, krijgen eerder de klappen”, aldus Gert. “Een medewerker die zich veilig voelt, heeft meer rust en een onbevangen uitstraling. Daar reageren patiënten beter op. Uiteindelijk moet het gevoel van veiligheid in het team dus leiden tot betere zorg. Dat zou het mooiste resultaat zijn van de dialoog.”
De VeiligPlus-aanpak is een initiatief van Stichting Arbeidsmarkt Gehandicaptenzorg (StAG), een samenwerkingsverband van werkgeversorganisatie VGN en werknemersorganisatie CNV Zorg & Welzijn, FBZ, FNV Zorg & Welzijn en NU'91. Voor meer informatie: www.arbeidsmarktgehandicaptenzorg.nl