Harm Wijgergangs was net aangesteld als directeur van STEVIG, toen een heftig incident plaatsvond. Toen op een ander moment ook zijn vrouw en dochter – beide werkzaam bij andere zorgorganisaties – beschadigd en overstuur thuis kwamen van hun werk, besefte hij ten volle wat de impact is van incidenten. Niet alleen op de medewerkers maar ook op de partners. Hij stelde zich een doel: een veilige werkomgeving voor iedereen door volledige openheid, ook van hemzelf.
STEVIG, een onderdeel van Dichterbij, biedt specialistische en forensische zorg aan mensen met een licht verstandelijke beperking en psychiatrische stoornissen en/of gedragsproblematiek in Noord-Brabant, Limburg en de regio Nijmegen. “Vanuit justitiële inrichtingen worden mensen bij ons geplaatst”, vertelt Harm. “Maar we nemen ook mensen op die op andere manieren zwaar in de problemen zijn. We behandelen ambulant en we hebben honderd klinische plekken.”
Vijf jaar geleden, toen Harm net bij STEVIG werkte, viel een cliënt in de separeer een medewerker aan met een nagelvijl. “Ondenkbaar dat een vijl in een separeer terecht komt, maar het was wel gebeurd. De cliënt trok de vijl langs de keel van de medewerker. Die moest ervoor naar het ziekenhuis. De volgende ochtend vertelde hij me dat hij de ernst en impact van het incident pas had ingezien, toen hij thuis zijn vrouw en dochter volledig overstuur aantrof. Dat verhaal raakte me.”
Na dit incident wilde Harm van zijn medewerkers iedere avond een overzicht van iedereen die die dag gesepareerd was. “Mijn medewerkers vroegen of ik ze niet vertrouwde. Ik zei: ‘Ik wil net als jullie wakker liggen van het feit dat we iemand hebben gesepareerd. Separeren is een teken van onmacht.’ Met de overzichten werden medewerkers zich bewuster van hun keuzes. Het aantal separaties daalde zienderogen. We zoeken meer dan voorheen naar alternatieven om agressie te beteugelen. We hebben ook minder incidenten, maar nog altijd te veel.”
Intussen hadden ook Harms vrouw en dochter met incidenten te maken: “Mijn dochter liep stage in de gehandicaptenzorg. Ze kwam vaak thuis met krassen op haar armen en in haar gezicht. Ik vroeg: ‘Vind je dat normaal?’ Ze vond het inderdaad normaal. Vervolgens werd mijn vrouw, die ambulante zorg verleent, door een cliënt de deur uit geknikkerd. Ze belde me huilend op. Ik werd zó boos. Ik ondervond aan den lijve hoe machteloos partners en familieleden zich voelen als dit gebeurt. Ik dacht: ‘Het is van de zotte dat wij dit met onze medewerkers laten gebeuren.’”
Harms gevoel werd bevestigd door de nieuwe bedrijfsarts bij STEVIG. “De bedrijfsarts zei: ‘Jullie praten over incidenten alsof het over boodschappen gaat. Je moet als werkgever zorgen voor een 100 % veilige werkomgeving. In de petrochemische industrie is dat ook zo. Werkgevers worden erop aangesproken als ze zich daar niet aan houden. Waarom denken jullie niet zo in de gehandicaptenzorg? Waarom laat je dit je medewerkers overkomen?’”
Harm begon te zoeken naar methodes om de veiligheid en bewustwording in zijn organisatie te verhogen. Vijf van de tien teams op de kliniek zijn inmiddels gestart met de VeiligPlus-aanpak. “Ik wil dat mijn medewerkers met elkaar praten over veiligheid. Er moet een sfeer komen waarin fouten gemaakt mogen worden.”
Die sfeer is er nog onvoldoende. Toen bij de crisisunit een cliënt wegliep, voelde een van de medewerkers zich heel verantwoordelijk. Hij vond dat hij niet goed had opgelet en was bang dat hij zou worden ontslagen. “Ik heb de medewerker gebeld en gezegd: ‘Je verdient juist een bos bloemen, omdat je zegt dat je een fout hebt gemaakt.’ De medewerker was zo opgelucht. Daardoor besefte ik dat we er nog lang niet zijn. Er moet meer vertrouwen komen, medewerkers moeten alles kunnen delen wat met hun werk te maken heeft, zonder dat ze bang zijn voor represailles.”
Als bestuurder wil Harm zich daarbij zelf ook kwetsbaar opstellen. “Ik maak ook fouten. Ik heb eens iemand moeten ontslaan en had de reden niet duidelijk gemaakt aan de medewerkers. Daardoor werden mensen onzeker. Niet het ontslag an sich was fout, maar hoe ik ermee omging. Ik droeg bij aan een onveilig klimaat. Ik heb de fout erkend en gezegd wat ik ging doen om het te voorkomen. Dat is het beste voorbeeld dat ik kan zijn.”
De zorgvuldigheid die medewerkers naar cliënten toe betrachten, moeten ze ook naar elkaar toe betrachten, vindt Harm. “Van de Veiligheidsrondes verwacht ik vooral openheid en vertrouwen. Het idee van ‘Het is niet normaal’ begint te leven, alleen al door het erover te hebben. Bewustwording helpt, net als met het overzicht van de separeer.”
De VeiligPlus-aanpak is een initiatief van Stichting Arbeidsmarkt Gehandicaptenzorg (StAG), een samenwerkingsverband van werkgeversorganisatie VGN en werknemersorganisatie CNV Zorg & Welzijn, FBZ, FNV Zorg & Welzijn en NU'91. Voor meer informatie: www.arbeidsmarktgehandicaptenzorg.nl